Europa moet zich meer richten op sociale inclusie, het versterken van skills en van zijn industriebeleid
COSAC - Zitting van dinsdagochtend 26 maart 2024
Tijdens de derde themasessie van de 71ste plenaire vergadering van COSAC, die plaatsvindt in het Europese parlement te Brussel, bespraken parlementsleden uit heel Europa het concurrentievermogen en de veerkracht van de Europese Unie. De sessie over strategische autonomie en concurrentievermogen richtte zich op het versterken van vaardigheden en het Europees industriebeleid.
Het debat werd ingeleid door Nicolas Schmit, Europees commissaris voor Werkgelegenheid en Sociale Rechten, Thierry Breton, Europees commissaris voor de Interne markt en Marek Hudon, professor aan de Solvay Brussels School of Economics and Management.
COSAC (voluit Conférence des Organes Spécialisés dans les Affaires Communautaires) brengt de commissies voor EU-aangelegenheden van de nationale parlementen en een delegatie van het Europees Parlement samen. In België gaat dit om het Federaal Adviescomité voor Europese Aangelegenheden. De plenaire vergadering van COSAC (24-26 maart) is de laatste in een reeks conferenties die de Belgische parlementen in het kader van het Belgisch voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie (1 januari - 30 juni 2024) organiseren.
- Focus op skills
Nicolas Schmit, Europees commissaris voor Werkgelegenheid en Sociale Rechten, gaf een beeld van een Europa dat op verschillende vlakken geconfronteerd wordt met transformaties. De meest actuele is de digitale transformatie met artificiële intelligentie (AI) als meest opvallende factor. Hij benadrukte in zijn uiteenzetting het belang van skills en levenslang leren om op deze transities te anticiperen.
De transities moeten echter rechtvaardig zijn en dat kan enkel door het economische en sociale aspect ervan te combineren. Alleen zo kan Europa het voortouw behouden. Sleutel van de transitie ligt volgens de eurocommissaris bij de vaardigheden: “60% van de volwassenen in opleiding krijgen tegen 2030 is ambitieus maar noodzakelijk. Maar er is geen andere weg: levenslang leren is een must.” Als voorbeeld verwees Nicolas Schmit naar de COVID19-pandemie die ons leerde dat investeren in vaardigheden de beste manier is om banen te beschermen.
Europa wil dit voor de verschillende strategische partners (overheden, ondernemingen, sociale partners, werknemers) faciliteren door onder meer acties met de sociale partners op te zetten om grote tekorten op de arbeidsmarkt weg te werken, inclusieve werkomgevingen te creëren en de intra-Europa mobiliteit van skills en werkkrachten te verbeteren op een faire manier.
- Autonomie en openheid
Thierry Breton, Europees commissaris voor de Interne markt, focuste op het Europese industriebeleid. Dat moet worden ondersteund door regelgeving en financiële voorwaarden die het concurrentievermogen bevorderen. Hij ziet drie aspecten om aan te pakken: productiecapaciteit, economische veiligheid en de defensie-industrie.
Wat de productiecapaciteit betreft, is het niet langer aanvaardbaar dat meer dan driekwart van de ‘public cloud’ in Europa nog steeds in handen is van Amerikaanse technologiespelers en dat we voor 80% afhankelijk zijn van de Aziatische regio voor halfgeleiders. Een stap voorwaarts in dit opzicht is de Chips Act, die meer dan 100 miljard euro aan publieke en private investeringen heeft gemobiliseerd.
Het tweede grote project is economische veiligheid, gecombineerd met diversificatie en samenwerking met buitenlandse partners. Op het gebied van cyberveiligheid is wetgeving over diensten en interne markten aangenomen.
Het derde grote gebied is onze defensie-industrie. Het doel van het Europese industriële defensieprogramma is om onze capaciteiten, ons reactievermogen en onze concurrentiekracht te vergroten.
- Strategische autonomie
Marek Hudon, professor aan de Solvay Brussels School of Economics and Management, ziet een paar vereisten voor een open strategische autonomie. Een eerste vereiste is diversiteit en diversificatie. Dit kan door waardeketens te verplaatsen zoals bij de snelle omschakeling naar alternatieve energiebronnen om minder afhankelijk te zijn van het Russische gas. Toch mogen we niet vervallen in protectionisme.
Een tweede vereiste is veerkracht: “Hoewel veerkracht een doelstelling op Europees niveau zou moeten zijn, wordt het best aangepakt op regionaal niveau. Ik zou de Europese instellingen willen aanmoedigen om de veerkracht op regionaal niveau te analyseren. De impulsen voor veerkracht in steden zijn immers heel anders dan die in plattelandsgebieden.”
Wetenschappelijke studies over veerkracht tonen het belang aan van de lokale economische structuur, maar ook van overheidsuitgaven voor sociale bescherming en politieke stabiliteit. “Ik ben ervan overtuigd dat het concurrentievermogen van onze economie op de middellange en lange termijn afhangt van haar veerkracht. Want organisaties die het meest veerkrachtig zijn geweest in recente economische crisissen konden terugvallen op een sterke economische structuur en een sterke sociale dynamiek”, besluit Marek Hudon.
- Meer informatie en beeldmateriaal
Alle informatie en extra documenten over de conferentie zijn terug te vinden op de website van de parlementaire dimensie van het EU-voorzitterschap.
De vergadering kan opnieuw worden bekeken op het YouTube kanaal van de parlementaire dimensie.
Foto’s in high-res zijn terug te vinden op het Flickr-kanaal van de parlementaire dimensie.